Deze Jorden zou de Jorden, die rentmeester van Buren is, kunnen zijn. Deze rentmeester wordt van 1466 tot 1470 genoemd. Deze rentmeester zou echter ook de zoon van Jorden’s broer Gerrit kunnen zijn.
In 1438 zijn enige van de tienden in Hollanderbroek aan Willem van Egmond, broeder van hertog Arnold, gekomen en door hem verpand aan Jorden van der Laywyc Jordensz., Derick van der Lauwyc en Derick ingen Nulandt bastaard geboudens zijn recht van wederverkoop (Bijdragen en Mededeelingen 56, p. 81).
In 1497 en 1502 is er sprake van een Jorden van der Lauwick, drost van Buren. Dit zou zijn zoon kunnen zijn.
Hertog Arnold van Gelre is van 1465 tot 1471 gevangen gehouden in Buren in opdracht van zijn zoon Adolf. Over die periode is opgemerkt: Item dye jonge JORDEN V.D. LAWYCK heeft myns gen. alden Heeren Dienre gheweest ii½ jaer lanck ende hem gegeven alle jair te vollenste fynre cledinghen iiii. fc. facit x. ft. Deze Jorden zou de latere drost van Buren geweest kunnen zijn
