Jan wordt met zijn vader en 3 broers genoemd in de zoenbrief van Blois en zijn gemalin Mechteld van Gelre van 2 nov. 1376. In deze brief worden 9 verschillende van der Lawicks genoemd, waarvan er 2 Jan heten. Bij het tekenen van de Landvrede in 1377 (1 jaar later) worden nog 7 van die 9 van der Lawicks genoemd, waaronder Jan.