Rutger en zijn oudste zoon Wessel verkopen aan de abdij Camp de grote en kleine tienden bij Orsey, leenroerig aan de graaf van Gulik. Stine (Stijna) had deze tiende bij haar huwelijk meegekregen. Op 22 juli 1331 is Rutger als ridder getuige van Dirk, graaf van VCleve en zijn gemalin Margareta.