16 juli 1474: Johan, jongheer tot Egmont to Bair, landdrost van Veluwen, oorkondt dat Ude te Boickop schuldig erkent te zijn aan Zweder van Angeren en diens vrouw Ulent renten van 25 en 6 rijnsche guldens ’s jaars, gaande uit zijn goed te Herseloe c.a. (Geld. Arch, Huis Keppel)