Adriaen en Jannitje hebben woonden in 1654 op de "Boompjes". Hij was meesterschiptimmerman.
Adriaen heeft kort voor zijn door op 15 juli 1676 een testament opgemaakt bij notaris Philips Basteels in Rotterdam:
Adriaen Joosten van Brakel, meesterschiptimmerman, legateert aan zijn zuster Trijntge Joosten van Berkel, weduwe van Ocker Willemsz Kruyfhooft, levenslang 150 gulden per jaar om in haar onderhoud te voorzien. Voorts verklaart hij dat alle goederen die zijn nog ongehuwde oudste zoon Claes Adriaensz van Berkel van hem erft hem onder de last van fideicommis toekomen en moet nalaten aan zijn wettige kind(eren) of diens descendenten of bij gebreke daarvan aan zijn wettige erfgenamen. Verbetert hij zijn leven dan kunnen de overige kinderen bij notariele akte het fideicommis opheffen. Hij benoemt tot executeurs van zijn nalatenschap en administrateurs van zijn goederen zijn zoon Gerrit Adriaensz van Brakel en Johannes Blockerus, predikant van de remonstrantse gemeente van Sevenhuysen. Verder legateert hij aan zijn jongere zuster Maertgen Joosten van Brakel levenslang 50 gulden per jaar. Gepasseerd ten huize van comparant aan de Boompjes alhier.